Berichten over Hartstichting

In Vakblad fondsenwerving zetten we de fondsenwervers centraal, met persoonlijke verhalen over wat hen beweegt, waarom ze dit werk doen en hun organisatie kozen. Deze keer fondsenwerver Eric van Leeuwen die zich sinds 2009 in nalatenschappen heeft gespecialiseerd. Sinds 2018 doet hij dit als senior fondsenwerver bij de Hartstichting: 'De meest waardevolle informatie komt uit gesprekken met de donateur.'

De collecteopbrengst van de 25 landelijk collecterende goede doelen viel door de coronacrisis 36,2 procent lager uit in vergelijking met 2019. Dat blijkt uit een rondvraag van het Vakblad fondsenwerving onder de non-profit-organisaties die in 2020 een nationale collecteweek hadden gepland. Gezamenlijk haalden de goede doelen ruim 13,2 miljoen euro minder op dan het jaar ervoor, toen de organisatoren geen rekening hoefden te houden met beperkende maatregelen. Vooral de organisaties die tussen maart en juni 2020 langs de deuren gingen, liepen veel inkomsten mis. 

We kunnen natuurlijk ook niet om de gebeurtenis heen die niet alleen de goededoelensector, maar de hele wereld vanaf maart heeft ontwricht: de coronapandemie. Wie had ooit kunnen denken dat we het hele jaar thuis zouden zitten, op veilige afstand van onze collega’s, vrienden en familie. Dat er een streep zou gaan door zo goed als alle fysieke evenementen en congressen. Dat fondsenwervende strategieën opnieuw uitgevonden moesten worden, met focus op de telefoon, QR en webinar.

De Coronacrisis heeft een aantal landelijke huis-aanhuiscollectes onmogelijk gemaakt. Hoewel er wordt nagedacht over inhaalmogelijkheden, is dat een bittere pil voor de goede doelen in kwestie. Niet alleen vallen er belangrijke inkomsten weg, maar het is ook teleurstellend voor de tienduizenden collectanten die er klaar voor waren zich voor hun doel in te zetten. Dit jaar komen deze ambassadeurs van hun goede doel niet aan de deur.

Het is bijna 28 april, en dan komt alweer het volgende nummer van Vf uit. In verband met de coronacrisis zal de verspreiding dit keer wat anders verlopen dan je van ons gewend bent. Omdat het Vakblad voor meer dan 60% op zakelijke adressen wordt bezorgd hebben we besloten om gedurende de coronacrisis, in elk geval zolang iedereen thuis werkt, alleen digitaal uit te komen. Zo ontvangt iedereen alsnog gewoon het Vakblad en mis je dus niets van wat er zich momenteel in onze sector afspeelt. 

Eind jaren 80 had ik de leiding van de landelijke huis-aan-huiscollecte van de Nederlandse Harstichting. Het was elk jaar weer een groot feest om met tienduizenden collectanten in één week heel veel geld op te halen voor de bestrijding van hart- en vaatziekten. Er gaat niets boven geven aan de deur, van mens tot mens. De collectanten zijn je ambassadeurs, zeiden we altijd. Want dat is het wezen van de collecte. Maar dit jaar gaat het noodgedwongen anders. Wel nog van mens tot mens, maar niet meer aan de voordeur.

Een blad maken is iets anders dan een blad lezen. Als je artikelen schrijft, redigeert en corrigeert zou je denken dat de inhoud wel zo'n beetje blijft hangen. Natuurlijk weet je waar de stukken over gaan. Wat er uitspringt blijft je ook wel bij, evenals de context. Maar pas als het blad, een week of twee nadat het naar de drukker is gegaan, op de mat valt en ik de tijd neem om het rustig te lezen, komt de inhoud echt binnen. Ik ken eigenlijk geen collega's die dat anders ervaren.

In opdracht van acht Nederlandse ontvangers van nalatenschappen is deze zomer onderzoek verricht naar de Nederlandse ‘markt’ voor nalatenschappen. De intentie is om het onderzoek jaarlijks te herhalen. Dit jaar waren de deelnemers Artsen zonder Grenzen, Hartstichting, Leger des Heils, Unicef, Nierstichting, Liliane Fonds, Greenpeace en Wakker Dier. De monitor geeft tevens een marktprognose voor de komende tien jaar en een vooruitblik naar een nog langere periode. Het onderzoek is een initiatief van nalatenschappenspecialist Arjen van Ketel, die daarvoor het gerenommeerde Britse Legacy Foresight naar Nederland haalde. We vroegen enkele deelnemers naar hun ervaringen.