Het is een kwestie van tijd voor AI mijn baan overneemt. Ik heb me ertegen verzet, maar het is zinloos: alles wat ik kan, kan AI beter, sneller en goedkoper. Eigenlijk is er maar één ding wat kunstmatige intelligentie niet kan en dat is voelen. AI heeft geen emoties. Maar wat zijn dat eigenlijk, emoties? En wat heb je eraan?
Ik stelde deze vragen aan AI. Dat klinkt alsof je een Amerikaan vraagt hoe je een stroopwafel moet maken. Maar ik voelde me emotioneel instabiel en had dringend behoefte aan een feitelijk antwoord. ChatGPT vertelde me dat emoties ‘nuttig zijn voor communicatie, zelfexpressie, sociale verbinding en zelfs overleving. Hoewel soms uitdagend, voegen emoties veel rijkdom en diepte toe aan het leven.’
Herkenbaar. Als copywriter voor non-profits weet ik maar al te goed dat emoties ‘rijkdom en diepte’ toevoegen aan het leven. Bij elke campagne probeer ik me in te leven in de angst, pijn, verdriet en onzekerheid van mensen (en dieren) in nood. Ik moet het voelen om het te snappen. Om precies dát gevoel te vertalen naar sociale verbinding met donateurs en andere mensen die willen helpen.
Dat gaat echter over empathie. Over invoelen wat een ander voelt. Maar nu mijn dagen als copywriter lijken geteld, was ik opeens zelf lijdend voorwerp.… Ik belandde in een emotionele rollercoaster en voelde me achtereenvolgens bang, bedroefd, boos en blij.
En wat een toeval: laten dat nou net de vier basisemoties zijn!
Eerst was ik vooral bang. Want wie ben ik zonder baan? Wat moet ik zeggen als iemand op een feestje vraagt wat ik doe? En wat zet ik nu op mijn LinkedIn-pagina? Filosoof Alain de Botton noemt dit ‘statusangst’: je bent wat je doet en als je dat niet meer doet, ben je niks. Dan voel je je een overtollig mens. Wanneer je AI op non-actief zet is er niks aan de hand, maar ik kreeg direct een paniekaanval.
Toen de nieuwe werkelijkheid was ingedaald en de angst langzaam wegebde, werd ik overmand door zelfmedelijden. Na ruim dertig jaar rennen, vliegen, duiken, vallen, opstaan en weer doorgaan, zou er een einde komen aan een glanzende carrière. Het voelde als rouwen om m’n eigen dood: mijn taak zat erop, ik zou me de rest van mijn dagen bezighouden met stofzuigen en elke middag kijken bij bouwplaatsen.
Toen sloeg de boosheid toe. ‘Hoezo denkt dat gevoelloze k#@t%systeem dat ze mij achteloos bij het grofvuil kan zetten?’ ‘Waarom rent iedereen als een kip zonder kop achter dat orakel aan?’ ‘Waar blijft de menselijke maat?’ Ik wilde het wel van de daken schreeuwen: ‘Pas toch op jongens, we verkopen onze ziel aan de duivel!’ Maar ik wist dat ik een roepende in de woestijn was. De vooruitgang laat zich niet tegenhouden...
Dat inzicht leidde me uiteindelijk - het lijkt wel een sprookje - naar blijdschap. Want is het niet een voorrecht om mens te zijn? Ik ben verdorie dankbaar dat ik bang, boos, bedroefd en blij kan zijn! Dat ik me kan inleven in het leed van anderen en in staat ben tot sociale verbinding. Wat een rijkdom!
Kunstmatige intelligentie is here to stay, dat is een feit, maar zonder de toegevoegde waarde van emoties leidt het nergens toe. Dat geldt zeker voor fondsenwerving. Bij goede doelen en andere non-profits draait het immers om compassie met de mensen en de wereld om ons heen. En nergens wordt de wisselwerking tussen hoop en vrees, tussen probleem en oplossing, zo scherp neergezet als in deze sector.
In de komende edities van het Vakblad fondsenwerving neem ik steeds een andere emotie onder de loep en kijk ik hoe deze succesvol wordt ingezet in activatie en fondsenwerving.
Nu denk je misschien: ‘Waarom vraag je het niet aan AI?’ Maar als het op emoties aankomt, heb ik net iets meer vertrouwen in mezelf dan in mijn kunstmatige collega!
Wordt vervolgd.
--
Dit artikel stond eerder in Vakblad fondsenwerving, jaargang 26, nummer 3, dat in oktober 2024 verscheen.