Lid worden van Vf? Meld je nu aan

LID WORDEN

Advertentie

Advertentie

Advertentie

Keijzer beantwoordt Kamervragen: 'Geen uitzondering goede doelen in telecommunicatiewet'

10 juli 2020

Vlak voor het zomerreces van de Tweede Kamer heeft staatssecretaris Mona Keijzer van Economische Zaken en Klimaat antwoord gegeven op de Kamervragen rond de wijziging van de Telecomwet. Met die wetswijziging wil Keijzer het aantal ‘irritante’ telemarketing-telefoontjes tot een minimum terugdringen door het huidige opt-out systeem te verruilen voor een systeem waarin men moet aangeven gebeld te willen worden. Uit de schriftelijke antwoorden blijkt dat Keijzer, ondanks de roep van goededoelenorganisaties, de internetconsultatie en de Kamervragen van o.a. CDA, CU, GL, PvdA en VVD, niet van gedachten is veranderd. De reactie van de staatssecretaris in vijf thema’s:

Mona Keijzer, Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat
Mona Keijzer, Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat

door Marijn Thijs

Bellen is bellen?

Keijzer schaart in haar antwoorden commerciële, ideële en charitatieve telefoontjes onder dezelfde noemer, omdat de actie (het bellen) hetzelfde is. Ze beroept zich in haar verantwoording op de data uit het Zest-onderzoek. ‘Uit de resultaten blijkt dat de meerderheid van de ondervraagden, 52,3%, het vrijwel nooit op prijs stelt als ze door goede doelen worden gebeld, wanneer zij daar nog geen klant of donateur zijn. (...) Slechts een minderheid van de ondervraagden, 33,3%, is van mening dat goede doelen hen makkelijker moeten kunnen benaderen dan commerciële organisaties. 

Hier maakt de staatssecretaris handig gebruik van het feit dat het publiek anders reageert op stellingen voordat enige context is aangebracht, zoals ook in het Kantar-onderzoek niet gebeurde. Het Zest-onderzoek maakt juist duidelijk dat mensen heel anders reageren nadat telefonische benadering door goede doelen in perspectief is geplaatst. Dan zijn namelijk de volgende conclusies te horen:

  • Minder mensen zijn voor een verbod op telefonische benadering door goede doelen dan er tegen zijn, ook bij Keijzers eigen achterban.
  • Slechts 28 procent van de ondervraagden vindt het onaanvaardbaar door goede doelen gebeld te worden in de huidige frequentie.

Ondanks deze uitkomsten is voor Keijzer de kous meteen af, ook al komt ongeveer zes procent van de telemarketing-telefoontjes daadwerkelijk van goede doelen. ‘De regering ziet onvoldoende aanleiding om (erkende) goede doelen uit te zonderen van het opt-in-systeem. Het onderzoek dat in opdracht van Goede Doelen Nederland is uitgevoerd brengt de regering niet op andere gedachten hierover.’

GDN-directeur Margreet Plug vindt het onbegrijpelijk dat de staatssecretaris commerciële partijen en goede doelen zo over één kam scheert. ‘Goede doelen moeten het publiek kunnen vragen om hulp en steun. Dat doen zij niet voor zichzelf, maar omdat er een ramp is, een ziekte moet worden bestreden of vanwege andere maatschappelijke vraagstukken. Hierin verschillen zij fundamenteel van commerciële partijen.' 

Optie tot zelfregulering

Een uitzondering voor het opt-in-systeem lijkt er, op basis van Keijzer’s visie op de data, niet in te zitten. Verschillende partijen pleitten in hun Kamervragen voor zelfregulering als methode voor goede doelen om aan telefonische fondsenwerving te mogen blijven doen. Keijzer is ook daar geen voorstander van en houdt vast aan haar definitie van telemarketing en klantrelatie. ‘Zelfregulering zou tot veel verwarring en onbegrip leiden. Het is voor natuurlijke personen dan nog steeds onduidelijk, wellicht zelfs nog onduidelijker dan nu, waarom zij door een bepaalde organisatie worden gebeld.’

Het CDA, nota bene Keijzer’s eigen partij, suggereert naast zelfregulering een opzet zodat mensen die ‘aantoonbaar sympathiseren’ bereikbaar worden voor telefonische fondsenwervers. Het gaat dan om personen die aan vrijwilligerswerk doen, een petitie ondertekenen of een bijeenkomst bijwonen. Volgens Keijzer zou dat echter betekenen dat het concept klantrelatie verruimd zou moeten worden, iets waar het kabinet op dit moment niet toe bereid is.

‘Goede doelen moeten het publiek kunnen vragen om hulp en steun. Dat doen zij niet voor zichzelf, maar omdat er een ramp is, een ziekte moet worden bestreden of vanwege andere maatschappelijke vraagstukken. Hierin verschillen zij fundamenteel van commerciële partijen.' - Margreet Plug

Stimuleren van filantropie door overheid

Het stimuleren van geefgedrag staat in de beleidsvisie van het kabinet aangemerkt als ‘een van de beleidsdoelen van de overheid ten aanzien van filantropie’. Toch maakt het kabinet ‘een belangrijk onderscheid tussen het stimuleren om te geven en het stimuleren van mogelijkheden om te vragen.’ Zij zien het vragen om een gift en het daadwerkelijk geven als twee los van elkaar staande acties. Een beperking in het aantal mogelijkheden om te vragen leidt waarschijnlijk tot minder bekendheid en begrip voor de doelstelling van een non-profit, zelfs in een vrijgevig land als Nederland.

100 miljoen, een ‘beperkt aandeel’

Keijzer heeft in voorbereiding op het wetsvoorstel onderzocht wat de financiële schade van het opt-in-systeem voor goede doelen zou zijn. Belangenvertegenwoordigers schatten dat bedrag op ongeveer honderd miljoen euro per jaar, aldus Keijzer. Zij kiest ervoor dat getal in het perspectief van de totale inkomsten van de Nederlandse filantropie te plaatsen. Het Centrum Filantropische Studies aan de VU bepaalde dat bedrag een aantal maanden geleden op 5,7 miljard euro in 2018, waardoor die honderd miljoen als een beperkt aandeel van het geheel wordt gezien.

De invloed van de coronacrisis

Gevraagd naar de invloed van de coronacrisis op het kanaal telefonische fondsenwerving, zegt de staatssecretaris dat de pandemie geen wijziging in de telecomwet rechtvaardigt. ‘Ik verwacht dat goede doelen, net zoals de rest van de samenleving, zo innovatief mogelijk te werk gaan om binnen de mogelijkheden hun werkwijze voort te zetten.’ 

Nu fysieke fondsenwerving en evenementen (tijdelijk) stilliggen vanwege de CoVid-19 pandemie, is de telefoon een zeer belangrijk medium geworden om potentiële donateurs aan te spreken. Goede doelen hebben echter niet kunnen voorkomen dat ze inkomsten mislopen door het werven in de anderhalvemetersamenleving. Deze week verscheen een onderzoek van toezichthouder CBF in samenwerking met de Radboud Universiteit waaruit blijkt dat goede doelen gemiddeld al zeven procent aan inkomsten mis zijn gelopen, en dat daar de komende maanden waarschijnlijk nog negen procent bovenop komt. Daarbij is het reëel dat de gevolgen van een opt-in-systeem ver voorbij de huidige crisis invloed hebben.

Doekje voor het bloeden?

De antwoorden van Keijzer bieden voor goede doelen weinig uitkomst, op een doekje voor het bloeden na. Het benaderen van natuurlijke personen blijft wel mogelijk als zij kenbaar hebben gemaakt via het opt-in-systeem dat ze benaderd mogen worden. Daarnaast blijft het mogelijk om natuurlijke personen te benaderen wanneer er al een financiële relatie bestaat met de persoon in kwestie.

Voor Goede Doelen Nederland is deze uitkomst veel te mager. Plug: ‘Keijzer lijkt op geen enkele manier tegemoet te willen komen aan de bijzondere positie van goede doelen. Ons pleidooi om goede doelen een uitzonderingspositie te geven, wordt snoeihard afgewezen.’

De brancheorganisatie is niet van plan om het hierbij te laten. ‘We zullen onze inspanningen krachtig voortzetten tijdens en na het zomerreces van de Tweede Kamer.’

Lees de volledige antwoorden op de Kamervragen n.a.v. het wetsvoorstel op de website van de Tweede Kamer.

Meer over Telemarketing Jeroen Hogenhout Telefonische fondsenwerving Goede Doelen Goede Doelen Nederland Mona Keijzer Margreet Plug Fondsenwerving Telecomwet Opt-in

Gerelateerde berichten

Marijn Thijs

Redacteur

Als redacteur houdt Marijn zich bezig met de invulling van fondsenwerving.nl en het Vakblad fondsenwerving. Hij is verantwoordelijk voor de journalistieke inhoud en vacatures op de website en schrijft (onderzoeks)verhalen en rubrieken voor het fysieke Vakblad. Marijn studeerde internationale journalistiek aan de Rijksuniversiteit Groningen (MA) en is sinds 2019 verbonden aan het Vakblad.

Wekelijksenieuwsbrief

Vond je dit een goed verhaal? Wil je meer van dit soort artikelen automatisch in je mailbox? Schrijf je dan in voor onze wekelijkse nieuwsbrief 👇

Close