Op vakantie is alles anders. Ander bed, ander eten, andere taal, andere cultuur, andere temperatuur. Vaak is anders leuk, maar dat geldt niet voor fooien geven. Dan is anders juist superverwarrend.
Ik ben gewend dat een product of dienst een prijs heeft. Op basis daarvan besluit ik het te kopen of niet. Simpel en duidelijk. Maar aan het geven van fooien zit geen prijskaartje - ik moet ineens zelf bepalen wat het me waard is. En daarvan kan ik behoorlijk van de leg raken.
In Nederland kom ik er nog wel uit. Hier snap ik wat er wordt verwacht na een bezoek aan een restaurant. Of een ritje in de taxi. Of een tochtje met de rondvaartboot. Daar komt bij dat in ons land niemand doodgaat van de honger als de fooi aan de zuinige kant is en dat haalt toch een beetje de druk eraf.
Het gedonder begint als ik de grens oversteek. Mijn boerenverstand zegt mij dat een fooi vooral wenselijk is in landen waar mensen het minder goed hebben. Nee dus. In Amerika, toch een welvarend land, moet je het niet in je botte kop halen om zonder te tippen een restaurant uit te lopen… Terwijl in veel Aziatische landen het geven van een fooi juist als een belediging kan worden opgevat. Om het nog ingewikkelder te maken: er zijn Japanse restaurants in New York waar het verboden is om een fooi te geven!
Deze zomer was ik in Zuid-Afrika en ook dat land heeft zijn eigen unieke fooicultuur. Het meest opvallende fenomeen waren de car-guards. Dat zijn mensen die een geel hesje hebben aangetrokken en op je geparkeerde auto letten. Nou ja opletten: Soms staan ze er nog als je terug komt, maar soms ook niet. Door die onduidelijkheid ben ik als regelzieke Nederlander gelijk op mijn hoede.
Dat bleek nergens voor nodig.
Car-guards doen niemand kwaad. Ze worden niet boos als je hun logica niet begrijpt en ze gaan er heus niet met je auto vandoor (sterker nog: volgens kenners zouden er zonder de gele hesjes veel meer auto’s gestolen worden). Vaak staan ze midden op de weg om je met woeste gebaren naar een vrije parkeerplaats te gidsen. Of ze helpen je enthousiast bij het uitrijden. Waarom zou je ze dan niet 5 rand toestoppen? Voor de duidelijkheid: we hebben het over 30 cent!
Ergens onderweg had ik een eureka-moment: ik was deze vakantie dus gewoon een heleboel goede doelen aan het steunen!
Hetzelfde geldt voor de hardwerkende mensen die je benzinetank volgooien of je voorruit schoonmaken. Voor de mensen die je hotelkamer elke ochtend in orde maken. En de gidsen die jou vol liefde over hun land vertellen. Je weet dat je iemand ontzettend helpt met een fooi en dan is geen bedrag te hoog.
Ergens onderweg door dat wonderschone land had ik een eureka-moment: eigenlijk is het geven van een fooi gewoon een donatie. Een microkrediet. En ik was deze vakantie dus gewoon een heleboel goede doelen aan het steunen!
Goed gevoel hoor.
Jeroen Talens is creative director bij WWAV.