De overheid stelt de komende drie jaar in totaal 74 miljoen euro beschikbaar om plezier in lezen bij kinderen te vergroten en daarmee hun leesvaardigheid te verbeteren. Het geld is voornamelijk bestemd voor bibliotheken, die intensievere samenwerkingen kunnen opzetten met scholen en de kinderopvang.
Met het geld kunnen 1.800 kinderdagverblijven en scholen in het primair onderwijs, het vmbo en het praktijkonderwijs voor het eerst gaan samenwerken met de bibliotheek. Nog eens 6.000 kinderopvanglocaties en scholen kunnen hun bestaande samenwerking met de lokale bibliotheek uitbouwen, bijvoorbeeld door de introductie van leesconsulenten of door te helpen bij het opbouwen van de collectie. Scholen die dit het hardste nodig hebben, bijvoorbeeld omdat ze relatief veel leerlingen hebben met een risico op leerachterstanden, krijgen extra ondersteuning.
Stichting Lezen
De plannen zijn onderdeel van BoekStart en Bibilotheek op school – programma’s ontwikkeld door Stichting Lezen in samenwerking met de Koninklijke Bibliotheek. Stichting Lezen zal het door de overheid beschikbaar gestelde geld beheren en de resultaten monitoren.
'Vaak en veel lenen'
‘Door bibliotheken te laten samenwerken met scholen en kinderopvang zorgen we ervoor dat het nog gemakkelijker wordt voor kinderen om vaak en veel boeken te lenen. Daar ben ik erg blij mee,’ aldus Mariëlle Paul, demissionair minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs. Staatssecretaris Gunlay Uslu noemt bibliotheken ‘experts in lezen en leesplezier.’ ‘Als kinderen en jongeren echt opgaan in een verhaal, dan boeit het boek en willen ze het in één keer uitlezen – dat verbetert hun vaardigheden op het gebied van diep en kritisch lezen.