Gisteren meldde de Volkskrant dat de top-25 Nederlandse goede doelen, zoals het Wereld Natuur Fonds, Oxfam Novib en Unicef, in rap tempo hun schare vaste donateurs verliezen. Voor christelijke goede doelen geldt die trend echter niet, schrijft het Nederlands Dagblad na een gesprek met Haaije Feenstra, directeur van koepelorganisatie Prisma.
De bereidheid om te geven aan de bij Prisma aangesloten organisaties (onder andere Dorcas, Tear, ZOA, Woord en Daad en het Leger des Heils) blijft groot, stelt Feenstra. ‘De trend is meer dat de bijdragen vanuit de overheid dalen dan dat particulieren stoppen met geven (aan deze organisaties, red.).’
Hoogleraar filantropie René Bekkers (Vrije Universiteit) stelt al langere tijd dat de ontkerkelijking van Nederland ook het geefgedrag van de gemiddelde Nederlander beïnvloedt. Volgens Feenstra gaat die trend ook niet aan de christelijke goede doelen voorbij, maar een direct effect op het aantal giften heeft de terugloop van het aantal kerkleden niet. Vermoedelijk wordt er per persoon meer geld gegeven.
Feenstra reageerde in het Nederlands Dagblad ook op de bevinding van Bekkers dat niet-kerkelijke goede doelen zoals KWF Kankerbestrijding zich focussen op donaties van kerkgaand Nederland. ‘Algemene goede doelen richten zich op de christelijke gever, omdat ze weten dat die geeft’. Tijdens zijn werk als directeur van Prisma merkt hij dat voornamelijk Amerikaanse goede doelen geld in willen zamelen in Nederland.
Verder adviseert Feenstra goede doelen om hun verschillende doelgroepen op verschillende manieren aan te spreken, in deze tijd waarin het lastig is voor organisaties om jonge donateurs aan hun doel te binden. Sommige organisaties doen dat op dit moment beter dan anderen. ‘Het is geen automatisme dat jongere generaties het geefgedrag van hun ouders overnemen,’ zei hij in Nederlands Dagblad.
