2018 was een druk jaar voor de vrijwilligers van de Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij (KNRM). De hulpdienst moest in totaal ruim 2500 keer uitrukken om 4313 mensen te redden of helpen. Nooit eerder werd er zo vaak in een jaar een beroep gedaan op de KNRM: ten opzichte van vorig jaar was de stijging in het aantal reddingen bijna 20 procent. Mede door de steun van haar 98.000 donateurs was het voor de reddingsdienst mogelijk om zo vaak uit te varen.
Volgens de KNRM waren de zonnige en hete zomermaanden de belangrijkste oorzaak van de grote stijging. Ongeveer de helft van de reddingen vonden dan ook in juni, juli en augustus plaats, toen veel mensen de zee in plonsden op zoek naar verkoeling. Ook waren er in die periode extra veel watersporters actief. De hulpverleners moesten echter het meeste in actie komen op de momenten dat de zee niet gevaarlijk leek en de wind vrij zwak was (windkracht 3). De KNRM noemt dit windbeeld ‘flauwe koelte’.
Maar niet alleen in de zomermaanden had de KNRM het druk: de reddingsbrigade moest ook buiten de zomermaanden bij kleine en grote reddingsacties assisteren. Zo zochten ze vorig jaar naar een vermiste duiker in het Grevelingenmeer, hielpen ze bij de redding van elf Denen op een zinkende zeilboot voor de kust van Zandvoort en werd een overboord geslagen visser uit de Noordzee gered.
De KNRM viert dit jaar haar 195-jarig bestaan en hoopt het aankomend jaar haar 100.000e donateur te mogen verwelkomen. Door de jaren heen is het takenpakket van de reddingsdienst flink uitbereid. Ze houdt zich, naast het reddingswerk en de strandbewaking aan de kust, ook bezig met medisch advies, medische evacuaties en maritieme dienstverlening.