Iedereen heeft een mening over wat Mark Zuckerberg and Priscilla Chan moeten doen met hun miljarden. Er wordt ook veel kritiek geuit : “Het is een juridische constructie. Hij gaat het eigenlijk in for-profits investeren” , “Fiscale voordelen, daar doet hij het voor!” Anderen geven advies. Dan Pallotta legt in Harvard Business Review uit dat Zuckerberg moet investeren in fondsenwerving.
Pallotta betoogt dat Zuckerberg en Chan met hun ‘giving pledge’ de kans hebben om de wereld - en specifiek de wereld van de filantropie - te transformeren. Verander de eisen die we aan filantropie willen stellen en de manier waarop maatschappelijke participatie tot stand komt. Is dat niet nodig nu al 45 jaar het aantal donaties in de VS blijft hangen op 2% van het BBP?
Vermenigvuldiging
Innovatie is belangrijk vervolgt Pallotta, maar valt in het niet bij de werkelijke bron van succes: vermenigvuldiging. Goede ideeën die klein blijven, hebben geen effect. Alleen fondsenwerving kan de gewenste hoeveelheid geld bijeen brengen om grote problemen, de problemen die Zuckerberg wil aanpakken, oplossen.
Wounded Warrior
Pallotta geeft het voorbeeld van Wounded Warrior Project. Een Amerikaanse organisatie die in 2006 10 miljoen dollar ophaalde met fondsenwerving ( 1,5 miljoen kosten fondsenwerving, 2,9 miljoen kosten organisatie). Wat besloot de organisatie? Investeren in fondsenwerving, 20 miljoen dollar, schrijft Pallotta. In 2012 haalde de organisatie daarmee 200 miljoen dollar op. Pallotta:
"Wanneer iedere dollar die in 2006 binnenkwam direct naar de veteranen was gegaan – zoals de meeste filantropen verlangen – zou de organisatie nu nog steeds maar 5,6 miljoen dollar te verdelen hebben.
Als Zuckerberg en Chan al hun geld bijeenbrengen en strategisch investeren in slimme, doordachte fondsenwerving voor de organisaties die ze willen steunen, dan kan hun geld een impact hebben die vijf, tien, twintig, vijftig keer zo groot is dan anders het geval zou zijn. Ze kunnen een nieuwe standaard introduceren die andere filantropen doet volgen."
Lees hier het hele artikel van Pallotta
Bron: Harvard Business Review