De straffen voor witwassen en corruptie gaan omhoog. Ook wordt de strafbaarstelling van misbruik van gemeenschapsgeld (subsidiegelden) verruimd. Verder wordt de maximale boete voor bedrijven in de toekomst meer afhankelijk gemaakt van hun jaaromzet.
Om crimineel gewin harder en effectiever te kunnen aanpakken, verhoogt de bewindsman de strafmaxima voor de verschillende vormen van witwassen. De maximumstraf voor het ‘kale’ delict wordt verhoogd van vier naar zes jaar gevangenisstraf. Gebeurt het witwassen uit gewoonte, of in de uitoefening van een beroep dan wordt de gevangenisstraf maximaal acht jaar.