Het Christelijk Noodhulpcluster heeft sinds augustus ruim 1,5 miljoen euro aan fondsen geworven voor hulp aan de vluchtelingen en ontheemden in Noord-Irak. Met de inspanningen en resultaten van de hulp in de eerste drie maanden, is ook het plan voor de komende fase bekend om onder meer duizenden families te helpen de winter door te komen. Sinds dit najaar heeft het cluster in Erbil een kantoor ingericht om de hulp zo effectief mogelijk te kunnen uitvoeren.
Het Christelijk Noodhulpcluster is in augustus een campagne gestart voor de 1,8 miljoen ontheemden en vluchtelingen ten gevolge van het geweld van Islamitische Staat (IS) in Irak. De meeste hiervan zijn naar Koerdisch gebied in Noord-Irak gevlucht.
Van juni tot november 2014 heeft het cluster in Noord-Irak veel ondernomen. Er is onderzoek gedaan naar de noden en behoeften van de ontheemden en vluchtelingen. 1.650 Families, die onder meer in openbare gebouwen en tijdelijke kampen verblijven, kregen voedsel en andere hulpgoederen. Zo zijn er onder meer dekens, matrassen, kookgerei en toiletartikelen verspreid.
Deze winter gaat het cluster door met de ondersteuning van de vluchtelingen. De samenwerkende christelijke organisaties helpen met de registratie van nieuwe vluchtelingen die daarmee in aanmerking komen voor noodhulp. Verder verleent het cluster winterhulp aan ruim 1500 families met kleren en kachels. Ruim 7.000 mensen krijgen ondersteuning door middel van sanitaire voorzieningen en informatie over hygiëne en gezondheid. Ook krijgen kwetsbare kinderen uit Suleimaniya diverse activiteiten aangeboden om hun oorlogstrauma’s te verwerken.
Coördinatie
De leden van het Christelijk Noodhulpcluster (Dorcas, Red een Kind, Tear, Woord en Daad, ZOA) stemmen de hulpvoorziening met elkaar af. Zo werken de organisaties in verschillende geografische gebieden en sectoren om overlap te voorkomen en maken ze waar mogelijk gebruik van elkaars kennis en netwerk. Daarnaast voorzien de organisaties elkaar van belangrijke informatie over de doelgroep en de veiligheid, en wordt er samengewerkt met de VN.
Bron: Dorcas