De huismus is opnieuw de meest getelde vogel tijdens de Nationale Tuinvogeltelling van de Vogelbescherming. De top drie wordt vervolmaakt door twee mezen: de koolmees op plek twee en de pimpelmees op drie.
Bijna 114.000 mensen zaten afgelopen weekend met notitieboekje en pen vogels te turven. Zij werden gevraagd om een halfuur in hun eigen omgeving te tellen hoeveel vogels zij zagen en dat vervolgens online door te geven. In totaal werden er ruim 1,6 miljoen vogels geteld. Veruit de meeste daarvan waren huismussen (320.287). Naast de koolmees en de pimpelmees werden ook de merel en de kauw meer dan 100.000 keer gespot.
De Vogelbescherming heeft op haar website een resultatenpagina waarop het mogelijk is om per provincie uit te splitsen welke vogel het vaakst voorkomt. Ook is de hele top-25 daar te vinden.